Logo One Planet
Een reddingssloep op zee
Een reddingssloep op zee

Water voor één dag

4 maart 1942

Het bekertje van Frans Bakker: versierd met Nederlandse vlag, een blauwwitte reddingsboei met de naam van het schip en met de periode dat ze ronddreven op zee: van 4 tot 25 maart.

Bangkinang, Sumatra. Coll. nr. 233461

Begin 1942 vluchtte Frans Bakker met zijn gezin voor het oorlogsgeweld op Java. Op 27 februari gingen ze aan boord van de M.S. Merkus. Na een paar dagen bracht een Japanse onderzeeër het schip tot zinken, vlak nadat de opvarenden het in de reddingssloepen hadden verlaten. Drie weken dobberden ze op zee. Toen bereikten ze de kust van Sumatra. In het blikje - niet groter dan een blikje waar tomatenpuree in zit - paste de hoeveelheid water die voor iedere opvarende drie maal per dag beschikbaar was. Frans heeft het meegenomen naar het kamp waar hij werd opgesloten. Daar heeft hij het beschilderd.

Luister naar het uitgebreide verhaal bij dit voorwerp:

Gesproken tekst meelezen

Op de vlucht voor het oorlogsgeweld verliet Frans Bakker begin 1942 Java, samen met zijn gezin. Ze scheepten in op de M.S. Merkus. Een paar dagen na vertrek dronken ze met de kapitein op de goede afloop. Frans:
“Op dat moment kwam onze zoon binnenstormen en riep: ‘Papa, een grote onderzeeboot!’ Enige minuten later een kanonschot voor de boeg. De kapitein hees meteen de vlaggen die aangaven: ‘Wij gaan in de sloepen.’ We kregen de tijd om honderd meter van de Merkus te drijven. De eerste kanonschoten vernielden de brug. Na het zeventiende schot zonk de boot naar ongeveer zesduizend meter diepte.”

In hun sloep gingen ze op weg naar Sumatra. Frans:
“Twee vaatjes drinken aan boord, elk dertig liter. Verder had de kapitein ongeveer twintig liter extra drinkwater in flessen in de sloep. De reis zou volgens berekening lang duren, dus uitgerekend per persoon per dag 3 x 50 ml drinkwater per dag.”

Het werd onder de schipbreukelingen verdeeld door middel van het blikje in deze vitrine, dat ongeveer zo groot is als een blikje tomatenpuree.
Na twintig dagen bereikten ze Sumatra, dat inmiddels door het Japanse leger was bezet. Frans heeft het drinkbekertje meegenomen naar het kamp waar hij door de Japanners werd vastgezet. Daar heeft hij het versierd met Nederlandse vlag, een blauwwitte reddingsboei met de naam van het schip en met de periode dat ze ronddreven op zee: van 4 tot 25 maart.

Volgende voorwerp

Deze pagina is onderdeel van de digitale tentoonstelling Getekend. Persoonlijke verhalen over de Japanse bezetting.

Ga naar het begin van deze tentoonstelling